Kantoorhumeur van het fijnere soort:
Onze kleine koelkast op de afdeling werd verwijdert omdat de koop van de koelkast niet volgens de regels en protocollen van het bedrijf is geschiedt. Wat me tot een protest gedichtje dreef:
Ode aan een koelkast
Oh gleizend wit stuk staal dat glinstert daar onder tafeln. Ons´ behoeftes kom je laven! Wat verzacht je onze kwaal! Geen dorstig lip blijft droog en elk honger gaat er aan. Jou te verwijderen ze pogen! Ons handen in één! Jij blijft bestaan! We laten jou niet vallen. Oh edel koelend kast. Je bent ons goed bevallen, we houden je hier vast!